19 september 2019
Inhoud:
Inleiding
I Werkafspraken Stuurgroep
II Separate trajecten naast de stuurgroep
III Huidige financiële positie pensioenfondsen
Inleiding
Op donderdag 12 september is de zogenoemde stuurgroep voor de eerste keer bij elkaar geweest om aan de slag te gaan met het Pensioenakkoord. Het gaat om de uitwerking van het akkoord dat sociale partners en het kabinet op 6 juni jl. hebben gesloten over de vernieuwing van het pensioenstelsel. Daarbij is afgesproken dat de gezamenlijke partijen een nadere uitwerking gaan geven aan de overeengekomen te bereiken resultaten en geformuleerde doelen uit het Pensioenakkoord in een stuurgroep. In juli bracht de VCP haar 1e nieuwsbrief uit. Dit betreft de 2e nieuwsbrief om u periodiek goed geïnformeerd en aangesloten te houden.
I Werkafspraken Stuurgroep
Inrichting
Zoals wij in de vorige nieuwsbrief al hebben geïntroduceerd is de organisatie opgedeeld in vier lagen. We hebben in het pensioenakkoord afgesproken dat de stuurgroep verantwoordelijk is voor de uitwerking. De voorbereidingsgroep bereidt inhoudelijke stukken en adviezen voor die vervolgens in de stuurgroep worden besproken en vastgesteld. De voorbereidingsgroep laat zich daarbij inhoudelijk ondersteunen door technische werkverbanden die elk een deelprobleem zullen aanpakken. Zo is er een werkverband dat zich bezig zal gaan houden met het nieuwe contract en een ander werkverband dat zich zal buigen over de transitie daarnaar toe. Daarnaast zullen er klankbordgroepen worden ingericht voor de afstemming met vertegenwoordigers van ouderen- en jongerenorganisaties en wetenschappers uit diverse disciplines.
De opdrachten waar de werkverbanden mee aan het werk gaan, worden vastgesteld in de stuurgroep. De VCP heeft voor elk werkverband de relevante doelen toegevoegd aan de taakopdracht. Daarmee is het voor de experts in de betreffende werkverbanden direct helder waar een eventuele oplossing aan zal moeten voldoen. Wanneer (tussen)resultaten in de stuurgroep terugkomen, zullen deze door ons integraal, als geheel, worden getoetst tegen alle doelen die we hebben afgesproken.
Samenstelling
De stuurgroep bestaat uit vertegenwoordigers van de organisaties die het akkoord hebben gesloten:
• Werkgeversorganisaties: VNO-NCW, MKB-NL en LTO
• Werknemersorganisaties: FNV, CNV en VCP
• Kabinet: vertegenwoordigers van SZW en FIN
Daarnaast wordt de stuurgroep ondersteund door vijf adviseurs namens de pensioenuitvoerders (de Pensioenfederatie en het Verbond van Verzekeraars), toezichthouders (DNB en AFM) en het Centraal Planbureau. De stuurgroep is in september gestart en vergadert gemiddeld eens per zes weken.
Inhoud
De uitwerkingsvragen waarover de stuurgroep zich voornamelijk zal buigen gaan over het aanvullende pensioen. Enerzijds de nadere invulling van het nieuwe – door de SER voorgestelde – pensioencontract en van de wet verbeterde premieregeling en anderzijds de uitwerking van het wettelijke transitiekader voor de overgang naar een vernieuwd pensioenstelsel. Het uitgewerkte transitiekader moet sociale partners en pensioenuitvoerders wettelijke handvatten bieden ten aanzien van onder meer de waarderingsregels voor de omzetting van bestaande pensioenaanspraken en -rechten in een nieuw contract, de verplichtingen die gaan gelden ten aanzien van de compensatie voor de afschaffing van de doorsneesystematiek, de fiscale mogelijkheden die het kabinet daarbij biedt, het beperken van de (Europeesrechtelijke) juridische risico’s voor pensioenuitvoerders en de te hanteren ingangs- en overgangstermijnen en ingroeipaden. Bij de uitwerking zal ook nadrukkelijk gekeken worden hoe de kosten in het nieuwe stelsel kunnen worden beperkt zonder afbreuk te doen aan de geformuleerde pensioenambitie. Bovendien voert de stuurgroep de regie op het geheel aan afspraken uit het pensioenakkoord inzake de AOW, aanpassen kortingsregeling, duurzame inzetbaarheid, vervroegd uittreden en een verplichte verzekering tegen arbeidsongeschikt voor zelfstandigen.
Tijdspad
Aan het einde van het jaar zal een voortgangsrapportage worden verstuurd door de minister naar de Tweede Kamer. De stuurgroep heeft de ambitie de werkzaamheden met betrekking tot het aanvullend pensioen in het voorjaar van 2020 af te ronden. De Kamer zal vervolgens middels een uitwerkingsnotitie door de minister worden geïnformeerd over de nadere uitwerking. De VCP ondersteunt deze ambitie, maar een zorgvuldige uitwerking gaat boven snelheid. Onderdeel van die zorgvuldigheid is de decentrale toets of de doelen bij de diverse pensioenregeling in de Nederland daadwerkelijk gerealiseerd gaan worden. Belangrijke zaken zoals indexatieperspectief, een stabiel pensioenresultaat, een reële verwachting om de ambitie van 80% in 42 jaar te kunnen realiseren en compensatie bij afschaffing van de doorsneesystematiek moeten immers niet alleen voor het fictieve ‘gemiddelde fonds’ gerealiseerd worden. Doorrekeningen voor voldoende individuele fondsen en regelingen is voor de VCP dan ook een vereiste.
Rekenrente nieuwe contract
In het akkoord is een inhoudelijke richting gegeven op basis waarvan de stuurgroep de uitwerking gaat aanpakken. Onderdeel daarvan is dat ook in het nieuwe pensioencontract de marktrente gebruikt zal worden om de verplichtingen te waarderen en de hoogte van de premie vast te stellen. Daar heeft de VCP altijd al een ander beeld bij gehad (zie ook ons VCP-pensioenplan) maar deze afspraak is desalniettemin het startpunt van de uitwerking. Wanneer echter bij de uitwerking blijkt dat als gevolg van dit uitgangspunt de doelen niet gehaald kunnen worden, zal die conclusie worden geëscaleerd naar het bestuurlijk overleg. Daar zal dan, volgens de afspraken met het kabinet, gekeken moeten worden op welke manier de doelen wél bereikt kunnen worden.
II Separate trajecten naast de stuurgroep
Naast de uitwerking van het nieuwe pensioenstelsel zijn er ook een aantal separate trajecten in gang gezet vanuit de Stichting van de Arbeid, die meer gaan over de aanpalende (pensioen)onderwerpen (nabestaandenpensioen, duurzame inzetbaarheid, arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp’ers etc.) en waarbij het voortouw meer ligt bij sociale partners.
Advisering inrichting nabestaandenpensioen
Momenteel wordt er intensief gewerkt aan de totstandkoming van een advies over de gewenste inrichting van het nabestaandenpensioen. Binnenkort zal de werkgroep gaan starten met de achterbanraadpleging. Het streven is dit advies nog voor het einde van het jaar af te ronden en aan de minister aan te bieden.
Wettelijke arbeidsongeschiktheidsverzekering zzp’ers
Zo is er een werkgroep onder de regie van de Stichting van de Arbeid ingericht om aan de slag te gaan met een wettelijke verzekeringsplicht voor zelfstandigen. Zie voor meer informatie hierover dit eerdere bericht van de VCP. Het ministerie van SZW heeft de Stichting van de Arbeid verzocht om begin 2020 met een voorstel te komen voor zo’n verzekeringsplicht en hier zzp-organisaties bij te betrekken.
Aanvalsplan werknemers zonder aanvullend pensioen
Daarnaast is er een werkgroep ingericht om aan de slag te gaan met een aanvalsplan met oplossingsrichtingen om de 13% werknemers die nu geen aanvullend pensioen opbouwen, wel pensioen op te gaan laten bouwen. Ook deze werkgroep zal binnenkort van start gaan en heeft de ambitie om aan het eind van jaar met een aanvalsplan te komen.
Traject uitwerking duurzame inzetbaarheid
Met het Pensioenakkoord zijn ook een aantal maatregelen afgesproken die zich meer richten op duurzame inzetbaarheid. Hiervoor heeft het kabinet 800 miljoen euro gereserveerd. Voor de meeste van deze afspraken en regelingen is afgesproken dat ze per 1 januari 2021 van start gaan. Ook deze afspraken en regelingen vergen de komende maanden nog uitwerking en/of onder onderzoek. Voorbeelden hiervan zijn de afspraken omtrent het vrijstellen van een bepaald drempelbedrag voor de RVU-heffing en bijvoorbeeld het onderzoek dat bekijkt of het mogelijk is om na 45 jaar werken uit te kunnen treden, maar ook maatwerkafspraken op sectoraal of cao-niveau. De VCP verwacht op zeer korte termijn dat hier ook een uitwerkingsvoorstel toe zal worden vastgesteld en een separaat werkverband voor de uitwerking hiervan zal worden opgestart.
III Huidige financiële positie pensioenfondsen
Apart overleg
De VCP krijgt in relatie tot het pensioenakkoord veel vragen over de huidige financiële posities van de pensioenfondsen. De VCP maakt zich grote zorgen over donkere vooruitzichten waar deelnemers van de Nederlandse pensioenfondsen zich op dit moment mee geconfronteerd zien. De rigide pensioenregels waarmee het Nederlandse pensioenstelsel wordt opgehangen aan een kunstmatig laag gehouden Europese rente zijn de belangrijkste oorzaak hiervan. Van een echte marktrente is al lang geen sprake meer. Toch wordt daar door het kabinet en de DNB aan vastgehouden alsof het een absolute waarheid betreft. Het gevolg van deze keus is dat de Nederlandse pensioenfondsen zich arm moeten rekenen door aan te nemen dat er vele jaren nauwelijks rendement gemaakt kan worden, ondanks dat de rendementen in realiteit prima zijn. Door deze keus moeten ook de premies nog verder stijgen. Iedereen, gepensioneerd en werkend, voelt hiervan de gevolgen. De huidige financiële posities van de pensioenfondsen is een apart gesprekonderwerp tussen sociale partners en de minister en staan los van de werkzaamheden van de stuurgroep, die zich buigt over het nieuwe pensioenstelsel en niet over het oude. Voor het oude stelsel ligt de primaire verantwoordelijkheid bij de minister en is de minister aan zet.
Kortingsregels
In het akkoord hebben de bonden wel met de minister afgesproken de kortingsregels tijdelijk te bezien. En dat pensioenfondsen geen kortingen hoeven door te voeren bij een dekkingsgraad boven de 100%. Tevens zal een eventuele korting lager zijn, omdat de dekkingsgraad in geval van een korting teruggebracht wordt naar 100%. De minister wilde in de onderhandelingen niet verder gaan dan dit. De vraag is echter of dit afdoende is om de koopkrachteffecten op te vangen, nu de kunstmatig lage rente verder daalt en daarmee de dekkingsgraden van pensioenfondsen.
Nu doorpakken
Er moet dan ook snel, het liefste nog deze maand een apart overleg komen met de minister om een oplossing te vinden voor deze situatie. Dit is nu zeer actueel met dreigende kortingen voor de deur en nu de pensioenfondsen bezig zijn met het vaststellen van hun premies voor volgend jaar. De VCP is van mening dat de huidige situatie niet ten koste mag gaan van de opbouw van de pensioenen. Nu het economisch goed gaat, hebben naast de minister, werkgevers daarom een belangrijke verantwoordelijkheid om ook onder de huidige omstandigheden de pensioenambities op peil te houden.