Menu

Inhoud:
MHP-calculators voor reiskosten en ontslagvergoedingen
Verdringing van oudere werknemers
Nieuwe SER-commissie Bevordering Medezeggenschap
Vakcentrales: werkgevers schofferen werknemers bij ILO
Pensioenakkoord verder doorkruist
Raad van State kritisch over snellere verhoging AOW-leeftijd
Hoofdlijnennota uitwerkingsgroepen Pensioenakkoord
SER-advies ‘Verschuivende Economische Machtsverhoudingen’
Kamercommissie SZW terughoudend met controversieel verklaringen
Bezuinigingen kinderopvang negatief voor arbeidsparticipatie

 

MHP-calculators voor reiskosten en ontslagvergoedingen

De MHP heeft twee calculators ontwikkeld om de gevolgen van het Kunduzakkoord in beeld te brengen. De eerste calculator berekent de inkomensgevolgen van het afschaffen van de reiskostenvergoedingen voor het woon-werkverkeer èn van de wijzigingen in de bijtelling van de leaseauto. De tweede calculator rekent de gevolgen van het afschaffen van de ontslagvergoedingen uit.

Na de ANWB heeft ook de MHP een calculator voor het afschaffen van de fiscaal vrijgestelde kilometervergoeding gelanceerd. De calculator geeft inzicht in de effecten van het fiscaal belasten van de kilometervergoeding, van vaste vergoedingen voor woon-werkverkeer, van vergoedingen voor het openbaar vervoer en van de fiscale bijtelling voor de leaseauto, die niet voor privédoeleinden wordt gebruikt. De calculator geeft een goed inzicht in de directe inkomenseffecten, maar er kunnen daarnaast ook nog indirecte effecten optreden. Door de vele inkomensafhankelijke regelingen die we in Nederland hebben, zoals de huurtoeslag, de kinderopvangtoeslag en de eigen bijdragen in de zorg, zullen veel mensen er nog verder op achteruit gaan, omdat het belastbaar inkomen hoger uitvalt.

De tweede calculator gaat in op de plannen van de Kunduzcoalitie met betrekking tot de ontslagvergoedingen. Vooral mensen met inkomens vanaf anderhalf maal modaal kunnen de grote inkomensachteruitgang zien, indien zij werkloos worden.

De calculators voor de reiskosten- en de ontslagvergoedingen zijn te downloaden op de website van de MHP, www.vakcentralemhp.nl.

 

Verdringing van oudere werknemers

“Het wordt voor werkgevers aantrekkelijker gemaakt om mensen in dienst te nemen, die net met pensioen zijn gegaan, terwijl door de voorstellen over het ontslagrecht de werknemers die nog niet pensioengerechtigd zijn, makkelijker ontslagen kunnen worden. Daarmee ligt verdringing op de loer”. Dit zei MHP-duovoorzitter Bob van der Wal in reactie op het wetsvoorstel dat minister Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) op 29 mei jl. aan de Raad van State heeft gestuurd. Volgens dat wetsvoorstel wordt een aantal regels aangepast voor de werkgevers, die AOW-gerechtigden in dienst hebben.

Volgens het wetsvoorstel hoeft het loon bij ziekte maar zes weken, in plaats van twee jaar te worden doorbetaald en worden de re-integratieverplichtingen voor werkgevers beperkt. Hiermee worden gepensioneerde werknemers, die nog vitaal zijn, financieel aantrekkelijker gemaakt voor werkgevers. Verder gaat het kabinet de mogelijkheid om tijdelijke contracten met gepensioneerden aan te gaan, verruimen. Nu mogen tijdelijke contracten niet vaker dan drie keer achter elkaar worden aangeboden zonder dat het daarna overgaat in een contract voor onbepaalde tijd. Het kabinet streeft ernaar om het wetsvoorstel per 1 juli 2013 te laten ingaan.

Volgens het voorstel vallen AOW-gerechtigde werknemers straks wel onder het wettelijk minimumloon. Nu heeft een 65-plusser dat recht nog niet. “Op zich is daar niets mis mee, maar we hadden liever gezien dat de 65-plusser tegen vergelijkbare arbeidsvoorwaarden een baan vervult als zijn of haar jongere collega. Als dit wetsvoorstel doorgaat, zullen wij ons inzetten voor gelijke arbeidsvoorwaarden en –omstandigheden voor de mensen die ook na de AOW-leeftijd willen doorwerken”, aldus Van der Wal.

 

Nieuwe SER-commissie Bevordering Medezeggenschap

Per 1 juni 2012 is de nieuwe Commissie Bevordering Medezeggenschap van de Sociaal-Economische Raad (SER) van start gegaan. De commissie heeft tot taak de kwaliteit van de medezeggenschap in ondernemingen te bevorderen. Zij zal dit onder meer doen door jaarlijks richtbedragen voor kwalitatief goede scholing en vorming van ondernemingsraadleden (OR-leden) vast te stellen. Daarnaast wordt een stichting voor een certificatieregeling voor scholingsinstituten opgericht. In de wet zal een meer expliciete regeling worden opgenomen, die werkgevers zal verplichten de scholing van OR-leden op grond van de richtbedragen te betalen. Dit nieuwe systeem komt in de plaats van de oude financiering van OR-scholing, waarbij werkgevers met meer dan vijftig werknemers jaarlijks een verplichte heffing moesten betalen. Deze gelden werden door het GBIO (Gemeenschappelijk Begeleidingsinstituut Ondernemingsraden) weer gebruikt om subsidieaanvragen voor scholing van OR-leden door gecertificeerde scholingsinstituten te betalen.

Naast het vaststellen van richtbedragen voor OR-scholing krijgt de nieuwe commissie diverse taken: bevorderen van de (kwaliteit van de) medezeggenschap, monitoring van de werkzaamheden van de bedrijfscommissies, voorlichting en bevordering van kwantiteit en kwaliteit van OR-scholing. Ook zal de commissie SER-adviezen opstellen op het punt van medezeggenschap. Verder kan de commissie ontheffing verlenen aan ondernemingen van de wettelijke verplichting een ondernemingsraad in te stelen. De commissie bestaat uit vertegenwoordigers van werknemers en ondernemers en onafhankelijke kroonleden.

De MHP zal in de commissie worden vertegenwoordigd door MHP-beleidsadviseur Martijn de Heer. Op het SER-congres ‘Medezeggenschap als winst’ van vrijdag 1 juni jl. gaf De Heer aan het als één van de uitdagingen te zien om te bevorderen dat alle werkende leeftijdsgroepen, waaronder ook jongeren, actief bij de medezeggenschap zullen worden betrokken.

 

Vakcentrales: werkgevers schofferen werknemers bij ILO

De internationale werkgevers, inclusief het Nederlandse VNO-NCW, schofferen volgens de vakcentrales FNV, CNV en MHP de internationale koepel van werknemers bij de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO). Op de internationale conferentie rond arbeid die in Genève plaats vond, probeerden werkgevers zich te onttrekken aan internationale verdragen die het stakingsrecht erkennen. Ook weigerden de werkgevers te luisteren naar verhalen van de ernstigste schendingen op het gebied van mensenrechten en vakbondsrechten in Birma, Guatemala en Bangladesh. Volgens de vakcentrales is juist het signaleren, volgen en bestraffen van schendingen van de mensenrechten en vakbondsrechten een cruciale taak van de ILO.

Werkgevers, werknemers en overheden van over de hele wereld waren deze week bijeen in Genève om te praten over allerlei zaken rondom werk en inkomen. Belangrijke onderwerpen dit jaar zijn onder andere een basis sociale zekerheid voor iedereen, de crisis en de steeds maar groeiende werkloosheid, vooral onder jongeren. Stakingsrecht is dit jaar ook een issue, omdat in Europees verband tevergeefs is geprobeerd om het stakingsrecht in te perken.

Daarnaast wordt er ook ieder jaar gesproken over de nog steeds talrijke schendingen van vakbondsrechten. Op 6 juni jl. is de Internationale Vakbeweging, de ITUC, met haar jaarlijkse rapport gekomen. Daaruit blijkt dat ook dit jaar weer honderden vakbondsmensen vervolgd, getreiterd en zelfs gedood zijn vanwege het feit dat zij opkomen voor de rechten van werknemers.

Pensioenakkoord verder doorkruist

Op 26 mei jl. is er door de Kunduzcoalitie een akkoord gesloten over een breed bezuinigingspakket. Door dit akkoord worden afspraken, die sociale partners met het inmiddels demissionaire kabinet hadden gemaakt in het Pensioenakkoord, doorkruist.
De AOW-verhoging gaat in plaats van met één jaar in 2020 en vervolgens weer één jaar in 2025, al vervroegd plaatsvinden vanaf 2013 met één of meer maanden. In 2019 is de AOW-leeftijd dan 66 jaar en in 2023 (met stappen van drie maanden per jaar) 67 jaar.

                                         

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

65 jaar
+ 1 maand

65 jaar
+ 2 maanden

65 jaar
+ 3 maanden

65 jaar
+ 5 maanden

65 jaar
+ 7 maanden

65 jaar
+ 9 maanden

66 jaar

Verder komt de mogelijkheid om de AOW-uitkering eerder of later te laten ingaan, te vervallen. Evenals de extra verhoging van de AOW-uitkering met jaarlijks 0,6% tot 2028. Ook wordt er flink bezuinigd (€ 815 miljoen) op het arbeidsmarktbeleid om het langer doorwerken mogelijk te maken. Een door de MHP zwaar bevochten punt wordt nu toch doorgevoerd, namelijk een verlaging van de maximaal toegestane fiscale pensioenopbouw. Deze verlaging van de opbouwpercentages zal vooral de middengroepen, hogere inkomens en jongeren treffen.

De MHP maakt zich zorgen over de inkomenseffecten voor veel mensen, omdat zij geen of weinig gelegenheid hebben zich voor te bereiden op deze maatregelen (zoals vroeggepensioneerden en mensen, die dicht tegen hun pensioen aanzitten). Mensen kunnen weliswaar een voorschotfaciliteit afsluiten, maar die moeten zij binnen korte tijd terugbetalen. Ze worden hierdoor met extra financiële problemen opgezadeld. Deze zogenaamde ’voorschotregeling’ is daarmee een sigaar uit eigen doos. De MHP dringt er bij de politieke partijen, die aanvankelijk wel achter het Pensioenakkoord stonden, op aan om vast te houden aan het Pensioenakkoord, zodat mensen zich gedegen kunnen voorbereiden op de verhoging van de AOW-leeftijd.

 

Raad van State kritisch over snellere verhoging AOW-leeftijd

Op 5 juni jl. heeft minister Kamp in zijn reactie op de kritiek van de Raad van State op het wetsvoorstel over de eerdere verhoging van de AOW-leeftijd, laten weten dat er voldoende mogelijkheden zijn voor partijen om de problemen op te lossen. Volgens de MHP gaat de minister hier kort door de bocht. Zo moeten cao-partijen (in het bijzonder ten aanzien van ontslag vanwege het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd) de individuele arbeidscontracten en cao’s vóór 1 januari 2013 in lijn brengen met de wetgeving. Dit zal voor veel cao’s betekenen dat zij moeten worden opengebroken. Verder zullen de financiële gevolgen voor vroeggepensioneerden niet kunnen worden opgevangen door bijvoorbeeld pensioenfondsen, die al alle zeilen moeten bijzetten tijdens de crisis op de financiële markten. Volgens MHP-beleidsmedewerker Klaartje de Boer wijst de Raad van State terecht op de uitvoeringsproblemen, de inkomensgevolgen en de aansluiting bij andere wet- en regelgeving. De Raad pleit daarom niet voor niets voor een latere invoering.

 

Hoofdlijnennota uitwerkingsgroepen Pensioenakkoord

Op 31 mei jl. heeft minister Kamp de zogenaamde ‘Hoofdlijnennota’ over de nieuwe spelregels voor pensioenen naar de Tweede Kamer gestuurd. Deze nota is het product van de werkzaamheden van diverse technische werkgroepen van het Ministerie van SZW, die zich hebben beziggehouden met de regelgeving van twee nieuwe pensioencontractsvormen: nominale contracten en reële contracten. De hoofdlijnen in deze nota zijn een eerste stap vooruit voor pensioenfondsen en hun deelnemers. Er zitten kansen en aanknopingspunten in voor de verbetering van de houdbaarheid van het stelsel, maar tegelijkertijd ziet de MHP niet alle onderdelen ingevuld, die wel waren beoogd met het Pensioenakkoord van juni 2011.

Zo mist de MHP in de nota aandacht voor de overstap naar een nieuw contract (transitiefase). Het aanpassen van het pensioen aan de levensverwachting wordt zowel in het nominale contract, als in het reële contract alleen maar door de wetgever gefaciliteerd, maar niet verplicht gesteld. De juridische risico’s die gepaard gaan met het toekomstbestendig en generatiesolidair maken van ons pensioenstelsel door de aanspraken te koppelen aan de levensverwachting, schuift minister Kamp hiermee door naar de pensioenfondsen. Het is nog maar de vraag of pensioenfondsen bereid zijn dit aansprakelijkheidsrisico te lopen met alle gevolgen voor het stelsel van dien. Positief is dat deelnemers voortaan vooraf beter op de hoogte moeten worden gebracht van de risico’s, die pensioenfondsen lopen, en de effecten hiervan op hun aanspraken. Ook is de MHP blij met de aanpassingen, die worden doorgevoerd om de financiële posities van pensioenfondsen minder bewegelijk te maken voor de financiële markten en daarmee weg te blijven van dagnoteringen.

Minister Kamp wil verder deze zomer in overleg met de Stichting van de Arbeid en de Pensioenfederatie bezien of en zo ja, hoe het nieuwe toezichtkader al kan worden toegepast op de premiestelling voor 2013. Hierdoor zouden ook de aangekondigde kortingsmaatregelen niet meer op dagkoersen hoeven te worden gebaseerd.

 

SER-advies ‘Verschuivende Economische Machtsverhoudingen’

Op 29 mei jl. heeft de SER het ontwerpadvies ‘Verschuivende Economische Machtsverhoudingen’ openbaar gemaakt. Dit advies zal op 15 juni a.s. worden behandeld in de plenaire SER-vergadering. Het advies schetst een uitgebreide analyse over internationale ontwikkelingen. Niet wordt er alleen ingegaan op de kansen die globalisering biedt, maar ook op de bedreigingen, zoals het mogelijke verlies van diverse vormen van werkgelegenheid. Per saldo meent de SER dat Nederland via de internationale handel ook in de komende jaren kan profiteren van de welvaartsgroei in andere delen van de wereld. Om de toekomstige welvaart van Nederland veilig te stellen is volgens de SER een brede aanpak op meerdere niveaus nodig: nationaal, Europees en mondiaal.

Namens de MHP heeft Bob van der Wal deelgenomen in de voorbereidende commissie. Hij wijst erop dat er diverse aanbevelingen inzitten, waaronder een naleving van een eerlijke handel in de internationale keten. “Ik hoop dat bedrijven deze acties niet alleen met de mond belijden, maar ook daadwerkelijk zullen naleven”, aldus Van der Wal.

 

Kamercommissie SZW terughoudend met controversieel verklaringen

De Vaste Tweede Kamercommissie SZW (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) heeft op 29 mei jl. vergaderd over welke onderwerpen als ‘controversieel’ moeten worden aangemerkt. Een controversieel verklaard onderwerp wil zeggen dat het niet meer door de huidige Tweede Kamer in behandeling wordt genomen, maar wordt doorgeschoven tot na de verkiezingen. Van de 67 agendapunten ziet de commissie slechts vijf agendapunten als controversieel.

De MHP heeft zich bij herhaling uitgesproken tegen de Wet werken naar vermogen. De MHP vindt het daarom positief dat dit één van de wetsvoorstellen is, waarvan de behandeling voorlopig is uitgesteld. Hetzelfde geldt voor de herziening van de kindregelingen. De MHP is minder gelukkig met het controversieel verklaren van het onderwerp ‘draagvlak van cao-afspraken’. Het zou goed zijn geweest om de continue politieke aanvallen op sociale partners nu definitief tot het verleden te laten behoren. De kans is nu groot dat het weer onderdeel wordt van de verkiezingsstrijd.

Er lopen enkele wetstrajecten die de verlofmogelijkheden voor werknemers verruimen, en die de mogelijkheden voor het tijd- en plaatsonafhankelijk werken versterken. Deze wetsvoorstellen zijn voor werknemers relatief gunstig en het is dan ook positief dat deze wetsvoorstellen mogelijk nog voor de verkiezingen worden aangenomen. Voor veel wetsvoorstellen gaat dat helaas niet op. Zo wordt het initiatiefwetsvoorstel van D66, waarin de fundamenten van het ontslagrecht onderuit worden gehaald, wel behandeld. Dit voorstel is ook opgenomen in het Kunduzakkoord. Ook het voorstel dat de uitkeringen bij ziekte voor werknemers met tijdelijke aanstellingen beperkt, wordt gewoon voortgezet. Beide voorstellen betekenen, volgens de MHP, een verdere aantasting van de rechten van werknemers en zouden daarom juist wel onderdeel van de verkiezingen moeten uitmaken.

 

Bezuinigingen kinderopvang negatief voor arbeidsparticipatie

Op 4 juni jl. heeft minister Kamp een brief aan de Tweede Kamer geschreven. Uit onderzoek is gebleken dat alleen de arbeidsparticipatie van alleenstaande moeders iets is afgenomen en dat de effecten van de bezuinigingen op de kinderopvang beperkt zijn. Het aantal kinderen in de kinderopvang is in het eerste kwartaal van 2012 echter met 3% gedaald, terwijl er in 2011 nog sprake was van 3% groei. Ook het aantal gastouders is afgenomen.

De MHP is van mening dat SZW te kort door de bocht gaat met de interpretatie van het onderzoek. Dat de arbeidsparticipatie procentueel in geringe mate is afgenomen, zegt alleen iets over het aantal personen dat stopt met werken. Het zegt niets over ouders, die hebben besloten minder te gaan werken als gevolg van de bezuinigingen op de kinderopvang. De MHP ontvangt al langere tijd signalen vanuit de eigen achterban dat wel degelijk veel ouders besluiten minder te gaan werken als de kosten voor de kinderopvang (blijven) stijgen. Het feit dat het aantal kinderen in de kinderopvang in het eerste kwartaal van 2012 al met 3% is gedaald, lijkt dit te bevestigen. “De MHP waarschuwt al jaren dat door de bezuinigingen op de kinderopvang vooral de arbeidsparticipatie van middelbaar en hoger opgeleide werknemers zal afnemen, omdat zij via de inkomensafhankelijke eigen bijdragen relatief veel moeten betalen”, aldus MHP-beleidsmedewerker Hanneke de Geus. Met het oog op de verkiezingen doet de MHP nogmaals een oproep aan de politieke partijen om de bezuinigingen op de kinderopvang een halt toe te roepen en juist te investeren in kinderopvang.

 

Laatste nieuws

Hoe staat het met de leercultuur in uw organisatie?

24 juli 2024

Hoe staat het met de leercultuur in uw organisatie?

VCP: bezuiniging 22% op ambtenaren niet realistisch, onverantwoord en ondoordacht

23 juli 2024

VCP: bezuiniging 22% op ambtenaren niet realistisch, onverantwoord en ondoordacht

Logo VCP YP

11 juli 2024

VCP YP: Uitnodiging bijeenkomst Prinsjesdag

Meer nieuws