Menu

31-08-2006
SER bepleit in concept-advies hogere arbeidsparticipatie

De Sociaal-Economische Raad heeft een concept-advies opgesteld voor het nieuwe kabinet (zogenaamd middellange termijnadvies). Het is de bedoeling dat het definitieve advies in oktober wordt afgescheiden. Over dit advies is al het nodige uitgelekt in kranten en op TV. Hierbij een beknopte weergave van dit advies door de bril van de MHP-vertegenwoordigers in de SER, waarbij tevens een aantal politieke hot items nader worden toegelicht.

Het is verder de bedoeling dat de SER in het najaar nog te spreken komt over onder andere het ontslagrecht (de SER is hierover om advies gevraagd). De inzet van de MHP in deze discussie: niet tornen aan de ontslagvergoeding voor werknemers. Werknemers uit de middengroepen en met hogere inkomens houden aan de WW-uitkering nog geen 70% van het laatstverdiende loon over. De ontslagvergoeding is onder andere van belang om in ieder geval wel 70% van het laatstverdiende loon te kunnen bereiken en om de pensioenopbouw voort te kunnen zetten. Nu ook de WW-duur per 1 oktober nog eens wordt verkort is een handhaving van de huidige ontslagvergoeding meer dan noodzakelijk.

Arbeidsparticipatie en scholing
Kernboodschap is dat er geïnvesteerd gaat worden in meer arbeidsparticipatie en dat bij een toenemende dynamiek op de arbeidsmarkt (onder andere door internationalisering) geïnvesteerd moet worden in scholing vóór en tijdens het arbeidzame leven. We moeten alles in het werk stellen om mensen zo goed mogelijk op te leiden, omdat de voorspellingen zijn dat er in de toekomst een toenemend tekort zal ontstaan aan vakdeskundigen en hoger opgeleiden. Eén van de instrumenten (naast investeringen in het onderwijs) die de SER ziet, zijn individuele leerrechten. Iedere burger heeft dan recht (en een financieel potje) om tot een bepaald niveau een opleiding te volgen (ook op latere leeftijd). Over de exacte financieringssystematiek van dit leerrechtensysteem komt de SER nog te spreken.

Vergrijzing
De SER ziet als belangrijkste wapen om de vergrijzing te kunnen opvangen een verhoging van de arbeidsparticipatie en een verhoging van het gemiddelde opleidingsniveau. Daarnaast zal het nog noodzakelijk zijn iets te doen aan vergrijzingsgerelateerde uitgaven en het terugdringen van de staatsschuld om de vergrijzing in de toekomst op te vangen.

AOW
Voor de vergrijzingsgerelateerde uitgaven pleit de SER voor een breder debat over het ziektekostenstelsel. Daarbij zijn twee uitersten denkbaar. Accepteren we een hoog niveau van polisvoorwaarden, dan hoort er een hogere premie bij (los van de vraag hoe die premie moet worden verdeeld). Als we als Nederlandse samenleving niet bereid zijn een hogere premie te betalen, dan zullen de polisvoorwaarden bijgesteld moeten worden. Verder pleit een meerderheid van de SER voor een geleidelijke fiscalisering van de AOW. Conform een eerder advies van de SER kan de MHP hiermee niet instemmen, omdat oudere generaties (gepensioneerden en werknemers die al een groot deel van hun pensioen hebben opgebouwd) hiermee geen rekening hebben kunnen houden en jongeren – om een vergelijkbaar nettopensioen op te kunnen bouwen – meer geld opzij moeten leggen voor de oudedagsvoorziening. Iedereen met een redelijk aanvullend pensioen wordt op den duur daardoor getroffen met een nettoinkomensachteruitgang van gemiddeld ruim 10%.

De SER vindt dat er niet moet worden getornd aan de AOW-leeftijd van 65 jaar, maar acht het zinvoller om de arbeidsparticipatie tot 65 jaar te verhogen via positieve prikkels. De SER is er geen tegenstander van dat mensen na 65 jaar nog (in deeltijd) doorwerken, maar dan op vrijwillige basis.

Hypotheekrenteaftrek
Een ander politiek gevoelig punt betreft de hypotheekrenteaftrek. Met name werkgevers en de MHP zien niets in de afschaffing hiervan. Nu wordt door de SER unaniem bepleit om hier een bredere studie te doen naar de woningmarkt, waarin niet alleen naar de hypotheekrenteaftrek, maar ook naar andere uitgaven en fiscale onderdelen wordt gekeken (huurtoeslag, eigenwoningforfait, overdrachtsbelasting), evenals naar de toekomstige behoeften op de woningmarkt (oudere mensen stellen andere eisen aan woningen dan bijvoorbeeld jonge gezinnen) en de toetreding tot de woningmarkt (bij de hoge huizenprijzen is het voor starters moeilijk om een huis te kopen). Kortom: niet te kort door de bocht de discussie over de hypotheekrenteaftrek voeren.

Lastenverlichting
Om werkgelegenheid in Nederland te houden zal het bedrijfsleven concurrerend moeten zijn met het buitenland. Daarom pleit de SER voor lastenverlichting voor werkgevers (onder andere via een maximering van de verplichte ziektekostenbijdrage). Maar ook voor burgers wordt belastingverlaging bepleit. Voor de onderkant van het inkomensgebouw wordt (mede in het kader van de arbeidsparticipatie) de arbeidskorting verhoogd, voor de middengroepen en hogere inkomensgroepen wordt een verlaging van de marginale belastingdruk bepleit (verlaging tarieven en verlenging van de schijven).

Individualisering algemene heffingskorting
Politieke partijen lijken steeds meer in te zetten op de zogenaamde ‘individualisering van de algemene heffingskorting’. Dit is een mooie term om te zeggen dat de algemene heffingskorting voor de niet-verdienende partner moet worden afgeschaft. Dit heeft verschillende effecten: in ieder geval is de belastingdienst minder kwijt als dit wordt afgeschaft. Daarnaast menen sommigen dat dit met name niet werkende vrouwen ertoe zal aanzetten een betaalde baan te zoeken. Bij het laatste heeft de MHP grote vraagtekens, omdat vaak andere dan financiële overwegingen een rol spelen om niet te werken. Een effect dat wel zeker is, is dat het voor alleenverdiener-huishoudens een forse koopkrachtachteruitgang kan betekenen (bijna € 2.000 netto per jaar). Daarom pleit de SER ervoor om bij een dergelijke maatregel onder andere rekening te houden met oudere generaties (waar de alleenverdienersituatie meer voorkomt). Een maatregel als deze kan niet van de één op de andere dag worden genomen, maar zal met een ruime overgangsperiode gepaard moeten gaan.

Sociale zekerheid
De SER bepleit unaniem rust op het front van de polisvoorwaarden van de sociale zekerheid. De afgelopen jaren is er fors gesneden in de sociale zekerheid. De nieuwe WW moet 1 oktober a.s. nog worden ingevoerd. De SER ziet alle reden om hieraan verder niet te tornen, omdat de sociale zekerheid steeds meer gaat lijken op sociale onzekerheid.

Pensioenen
De SER bepleit evenzeer als bij de sociale zekerheid het geval is rust op pensioengebied. Geen beperking van de fiscale ruimte van pensioenen en dus ook geen aftopping van het pensioen. Sommige politieke partijen vinden dat de pensioenopbouw beperkt moet worden tot een bepaald niveau. Dit zou betekenen dat mensen met een iets hoger inkomen nooit 70% van het laatstverdiende loon als pensioen kunnen bereiken.

Persbericht SER d.d. 30 augustus 2006 staat op www.ser.nl

Laatste nieuws

Hoe staat het met de leercultuur in uw organisatie?

24 juli 2024

Hoe staat het met de leercultuur in uw organisatie?

VCP: bezuiniging 22% op ambtenaren niet realistisch, onverantwoord en ondoordacht

23 juli 2024

VCP: bezuiniging 22% op ambtenaren niet realistisch, onverantwoord en ondoordacht

Logo VCP YP

11 juli 2024

VCP YP: Uitnodiging bijeenkomst Prinsjesdag

Meer nieuws