5 juli 2022
Uitzendbureaus en andere partijen die arbeidskrachten ter beschikking stellen moeten in de toekomst aan strengere regels voldoen. Ze mogen alleen mensen uitlenen als ze beschikken over een certificaat, zo laat de minister vandaag weten in een brief aan de Tweede Kamer. Volgens de VCP is dit een belangrijke stap om malafide uitleners een halt toe te roepen en arbeidskrachten de juiste bescherming te bieden. “Er moet zo snel mogelijk een eind komen aan misstanden op het gebied van onderbetaling, huisvesting en gezond en veilig werken”, zegt beleidsmedewerker Sacha Heemskerk.
Het certificeringsstelsel heeft ook gevolgen voor bedrijven die arbeidskrachten inhuren: die mogen alleen nog zaken doen met uitleners die een certificaat hebben. Bij doorlening is de inlener ook in overtreding als de werkgever bij wie de arbeidskracht in dienst is, niet gecertificeerd is. De Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA) moet op het nieuwe stelsel gaan handhaven, ze mag bij overtredingen bijvoorbeeld een boete opleggen. De nieuwe regels zijn een uitvloeisel van het advies ‘Geen tweederangsburgers’ van de commissie-Roemer, maar ook is dit één van de voorgestelde maatregelen uit het zogeheten SER MLT-advies om uitzendarbeid te verbeteren.
Het certificeringsstelsel zal via een publiek-private samenwerking concreet gestalte krijgen. De overheid wordt verantwoordelijk voor toezicht en handhaving van de certificeringsplicht. De bevoegdheid tot het uitgeven, schorsen en intrekken van certificaten komt te liggen bij een certificerende instelling die de minister zal aanwijzen. De certificerende instelling gaat ook over het normenkader waaraan uitleners moeten voldoen om het certificaat te verkrijgen en te behouden. Private inspectie-instellingen gaan controleren of uitleners aan het normenkader voldoen. De sociale partners verenigd in de Stichting van de Arbeid en ABU en NBBU krijgen een rol in de uitvoering.
De bestaande eisen worden uitgebreid met bijvoorbeeld betaling van het juiste loon met de mogelijkheid om een controle op de werkplek uit te voeren, een waarborgsom van 100.000 euro om onder andere vluchtig ondernemerschap tegen te gaan, het aanbieden van gecertificeerde huisvesting en het doorgeleiden van informatie over veiligheid op de werkplek door de uitlener. “Het is positief dat deze stappen worden gezet. Dit moet ervoor zorgen dat arbeidskrachten in de praktijk daadwerkelijk bescherming krijgen en dat hun positie verbetert. De verdere uitwerking en goede handhaving zijn van belang voor de werking van het stelsel”, zegt Heemskerk.
De uitvoerings- en handhavingstoetsen zijn deze zomer. Voor de plannen komt nog een internetconsultatie, begin 2023 wil het kabinet het wetsvoorstel indienen bij de Tweede Kamer. Bij de verdere vormgeving van het certificeringsstelsel worden sociale partners ook betrokken. Het gaat daarbij om vraagstukken als de samenstelling van het bestuur, governance, betrokkenheid van sociale partners en de oprichting van de certificerende instelling. De beoogde inwerkingtreding is 1 januari 2025.