Menu

Eddy Haket: nieuwe MHP-bestuurder

MHP-beleidsmedewerker Eddy Haket is met ingang van 1 januari jongstleden benoemd tot bestuurder van de vakcentrale MHP. Hij maakt derhalve deel uit van het Algemeen Bestuur van de vakcentrale. Een en ander is het gevolg van de pensionering van MHP-bestuurder Wolter Muller. Hierdoor is Haket ook plaatsvervangend lid van de SER geworden en vertegenwoordigt hij de vakcentrale in de zogeheten ‘Agendacommissie’, het periodiek overleg tussen vertegenwoordigers van de Stichting van de Arbeid (STAR) en het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Haket volgt vervolgens Muller op in het bestuur van de STAR. Zowel Ad Verhoeven als Haket vertegenwoordigt dus de MHP in de STAR. Muller blijft in de hoedanigheid van adviseur enkele werkzaamheden voor de MHP verrichten, vooral op het internationale vlak.
Een ander gevolg van het vertrek van Muller is de wijziging van de functie van beleidsmedewerker Paul van Kruining. Zo zal hij onder meer als senior beleidsmedewerker van de vakcentrale Wolter Muller opvolgen in de Raad van Werk en Inkomen (RWI). Zijn portefeuille, zoals arbeidsomstandigheden en preventie, blijft nagenoeg ongewijzigd.
Overigens blijft het niet bij het vertrek van Muller. Over enkele maanden gaat MHP-directeur Hans Vroon met pensioen. MHP-voorlichter Frits van Schaik volgt hem in de zomer. Het is de bedoeling dat de drie scheidende MHP-functionarissen gelijktijdig afscheid zullen nemen.

Re-integratie ’35 – min’

De STAR wil de re-integratie van werknemers met lichte arbeidsbeperkingen (die minder dan 35% arbeidsongeschikt zijn) niet alleen blijven volgen, maar ook verbeteren. Dit is één van de conclusies die de Stichting heeft getrokken uit de uitkomsten van het Onderzoek naar de re-integratie van werknemers die minder dan 35% arbeidsongeschikt zijn.
In het najaar van 2007 wordt dan opnieuw onderzocht of e.e.a. effect heeft gehad. Daarnaast ziet de MHP aanleiding op grond van het gehouden onderzoek om nog eens kritisch te kijken naar het zogeheten Schattingsbesluit (keuringsystematiek voor de WAO/WIA). Het kabinet heeft dit aanzienlijk aangescherpt, waardoor mensen veel te ‘positief’ worden gekeurd op wat ze nog kunnen. De MHP zal er bij de politiek nog eens op aandringen om deze keuring meer aan te laten sluiten bij de realiteit.
Uit het onderzoek komt onder meer naar voren dat ongeveer 46% van de werknemers in de onderzochte doelgroep (dus minder dan 35% arbeidsongeschikt) aan het werk blijkt te zijn bij de oorspronkelijke werkgever dan wel bij een andere werkgever. De Stichting is er niettemin teleurgesteld over dat een groot deel van de doelgroep, namelijk 43%, niet werkt en ook geen dienstverband meer blijkt te hebben.
Toch zullen de centrale werkgevers- en werknemersorganisaties zich blijven inzetten voor het uitvoeren van de in 2004 en 2005 gedane aanbevelingen die zijn gericht op re-integratie van werknemers met lichte arbeidsbeperkingen. Volgens de Stichting moet hierbij op het niveau van de arbeidsorganisatie tot maatwerkoplossingen worden gekomen.
Doel blijft, zo meent de Stichting, dat alle werknemers met lichte arbeidsbeperkingen zo veel als mogelijk is aan het werk blijven bij de eigen werkgever (eerste spoor). Als dit redelijkerwijs niet mogelijk is, dan bij een andere werkgever (tweede spoor). Over eventuele aanpassingen in de functie en/of arbeidsvoorwaarden vindt overleg plaats tussen werkgever en de betrokken werknemer. Werkgevers- en werknemersorganisaties zetten zich daar op het niveau van ondernemingen en sectoren voor in.
Uit het onderzoek komt verder naar voren dat de belemmeringen voor succesvolle re-integratie vooral op het vlak van de gezondheid en het gebrek aan passende arbeid liggen. Dit laatste leidt er in veel gevallen toe dat terugkeer in passende arbeid bij de eigen werkgever niet meer mogelijk blijkt. De Stichting zal zich de komende maanden nader beraden hoe deze groep werknemers en hun werkgevers meer effectieve ondersteuning kan krijgen bij het vinden van passende arbeid bij een andere werkgever.

‘Wensenlijstje’ MHP aan informateur

Een pas op de plaats, wat betreft hervormingen, lijkt de MHP noodzakelijk, omdat Nederland min of meer ‘hervormingsmoe’ is geworden. De toekomstbestendigheid van het belasting- en pensioenstelsel alsmede de sociale zekerheid zijn nu voldoende gewaarborgd en de tijd is nu aangebroken om vooral te investeren in de toekomst. Dit schrijft de MHP aan kabinetsinformateur Wijffels. In de brief wordt erop gewezen dat ten behoeve van deze investeringsagenda de MHP heeft meegewerkt aan de visies die zijn neergelegd in het middellange termijnadvies van de SER, de Kennisinvesteringsagenda van het Innovatieplatform en het manifest ‘Talent ontwikkelen, talent benutten’ van de HBO-raad en de RWI. Vervolgens brengt de MHP de informateur de volgende onderwerpen onder de aandacht.
Vergrijzing: De discussie over de vergrijzing is volgens de MHP veel te eenzijdig gericht op de overheidsfinanciën en dan specifiek op de AOW. Bovendien hebben de achtereenvolgende kabinetten reeds een aanvang gemaakt met een vermindering van de rentelasten door terugdringing van de staatsschuld. De MHP pleit ervoor de discussie over de vergrijzing aan de voorkant te beginnen, te weten de toekomstige arbeidsmarkt, om daarmee het draagvlak voor de sociale zekerheid te vergroten in plaats van hoe we op de uitgaven kunnen bezuinigingen. De MHP wil dus de rekening van de vergrijzing niet eenzijdig neerleggen bij bepaalde groepen. Alvorens drastische maatregelen te treffen, moet eerst alles in het werk worden gesteld om, zoals het gesteld, het financiële draagvlak te verhogen door een hogere arbeidsparticipatie en een verdere vermindering van de staatsschuld.
Investeringen en scholing: De overheid kan het zich niet permitteren achterover te gaan zitten. Forse investeringen in onderwijs zijn noodzakelijk om de problemen op de (toekomstige) arbeidsmarkt het hoofd te bieden en om innovatie te bevorderen. Het motto moet zijn: scholing, scholing en nog eens scholing.
Levensloopregeling/spaarloonregeling: De MHP pleit ervoor om levensloopregeling en spaarloon onbeperkt naast elkaar te laten voortbestaan. Beperking of afschaffing van een van de regelingen leidt tot geringere keuzes voor werknemers en tot een afnemend vertrouwen om geld te stoppen in langlopende arrangementen.
AOW en pensioen: Investeren door individuen in langlopende arrangementen, zoals pensioen, vergt bestendige regelingen die niet elke vier jaar vanwege politieke ambities, zoals inkomensnivellering, worden gewijzigd. Fiscalisering van de AOW en aftopping van de pensioenopbouw leveren geen bijdrage aan de toekomstige vergrijzing, maar hebben alleen nivellering tot doel. Daarom wijst de MHP dergelijke voornemens met kracht af.
Hypotheekrenteaftrek: De MHP vindt dat ideeën om de aftrek van de hypotheekrente te beperken teveel worden ingegeven door inkomenspolitieke overwegingen. Daarom wijst zij dergelijke motieven af. Alleen in samenhang met aanvullende maatregelen, zoals het bevorderen van de toegang tot de woningmarkt, de afschaffing van de overdrachtsbelasting en het eigen woningforfait, terugdringing van de huurtoeslag met gelijktijdige inkomenscompenserende maatregelen, is de afschaffing van de aftrek op een verantwoorde wijze door te voeren.
Ontslagrecht: Met de MHP is te praten over vereenvoudiging van het ontslagstelsel. De vergoeding kan echter niet los worden gezien van de werkelijke motivatie die schuil gaat achter de huidige kantonrechterformule en het kunnen blijven voldoen aan financiële verplichtingen.
Kwaliteit van de collectieve sector: De overheid is verantwoordelijk voor de kwaliteit van de collectieve sector. Daarbij spelen optimale bedrijfsvoering en een adequaat personeels- en beloningsbeleid een belangrijke rol. De MHP vindt herstel van de geloofwaardigheid van de overheid als moderne en betrouwbare werkgever bij alle groepen van overheids- en onderwijswerknemers in het belang van alle Nederlanders.
Nivellering en inkomensbeleid: De MHP vindt dat de koopkracht van de zwakkeren in onze samenleving moet worden beschermd. Dat is wel iets anders dan nivellering. De vakcentrale pleit ervoor om in de komende kabinetsperiode een nader onderzoek te doen naar de mogelijkheden van een vlaktaks. Doelstelling daarbij is om de wig te verkleinen. Volgens de MHP kan dit de doorstroom naar hogere functies op de arbeidsmarkt bevorderen (waardoor ruimte aan de onderkant wordt gecreëerd) en kan het een bijdrage leveren om de loonkosten van Nederlandse werknemers aantrekkelijker te maken ten opzichte van het buitenland.

Laatste nieuws

Hoe staat het met de leercultuur in uw organisatie?

24 juli 2024

Hoe staat het met de leercultuur in uw organisatie?

VCP: bezuiniging 22% op ambtenaren niet realistisch, onverantwoord en ondoordacht

23 juli 2024

VCP: bezuiniging 22% op ambtenaren niet realistisch, onverantwoord en ondoordacht

Logo VCP YP

11 juli 2024

VCP YP: Uitnodiging bijeenkomst Prinsjesdag

Meer nieuws