Menu

Inhoud:
MHP-deelname aan hoorzitting pensioenen in de Tweede Kamer
D66-wetsvoorstel ontslagrecht
MHP-nota over Het Nieuwe Werken
Aanpassing griffierechten onvoldoende
Governance pensioenfondsen
Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving
Banken doen moeilijk over spaarloonregeling
Mijnpensioenoverzicht.nl geeft nu ook inzicht in nettobedragen
MHP in SER-magazine over ‘Jong en oud’
Erratum schema levensloopregeling en spaarloonregeling

 

MHP-deelname aan hoorzitting pensioenen in de Tweede Kamer

Op 3 en 4 november jl. zijn er hoorzittingen in de Tweede Kamer geweest over de financiële positie van pensioenfondsen, de mogelijke gevolgen hiervan voor deelnemers en het Pensioenakkoord. MHP-duovoorzitter Bob van der Wal heeft namens de MHP deelgenomen aan deze hoorzitting.

Van der Wal heeft tijdens de hoorzitting aangegeven dat het Pensioenakkoord nog nadere invulling behoeft ten aanzien van een aantal punten, zoals een faire verdeling van de pensioenaanspraken tussen jong en oud in de nieuwe contracten, de risicodeling tussen werknemers en werkgevers en de uitwerking van de Beleidsagenda 2020 (flankerend arbeidsmarktbeleid voor oudere werknemers). Hij gaf verder aan dat er in het Pensioenakkoord voldoende ruimte is en blijft voor decentrale partijen om in bijzondere situaties aan de cao-tafel met werkgevers aanvullende afspraken te maken over de arbeidsvoorwaarde pensioen, bijvoorbeeld indien de financiële positie van een fonds daarom vraagt en de financiële positie van de werkgever of sector dit ook toelaat. Na een vraag van Tweede Kamerlid Paul Ulenbelt (SP), bevestigde werkgeversvoorzitter Bernard Wientjes (werkgeversvoorzitter VNO-NCW) dit. In slechte tijden moet het mogelijk blijven dat werkgevers en werknemers aan de cao-tafel aanvullende afspraken maken over de arbeidsvoorwaarde pensioen.

 

D66-wetsvoorstel ontslagrecht

Na een eerdere aankondiging in augustus heeft het Tweede Kamerlid Koser Kaya van D66 op 7 november jl. een initiatief wetsvoorstel ingediend om het ontslagrecht aan te passen. De kern van het voorstel is dat D66 met het wetsvoorstel wil bereiken dat werkgevers gemakkelijker werknemers kunnen ontslaan. Dat kan door het voorgenomen ontslag niet langer door het UWV van tevoren te laten toetsen. Een gang naar de rechter blijft in het voorstel wel mogelijk, maar dan alleen als het ontslag van de werknemer al een feit is.

MHP-duovoorzitter Reginald Visser typeert het voorstel als een bewuste afbraak van de rechtspositie van de werknemer: “Dit is een grote ingreep in de individuele arbeidsverhouding en tast de rechten van werknemers bij ontslag ernstig aan. Toetsing vooraf door óf een rechter óf het UWV moet mogelijk blijven.” In het D66-voorstel kunnen werknemers pas hun beklag doen als ze al ontslagen zijn. De arbeidsrelatie met de werkgever is dan al vaak verstoord. De kans dat de werknemer dan nog kan terugkeren, is vrijwel uitgesloten. “Het lijkt erop dat een meerderheid van de Tweede Kamer het D66-voorstel niet zal steunen, maar alertheid blijft geboden”, aldus Visser.

 

MHP-nota over Het Nieuwe Werken

De MHP is al vanaf de jaren negentig warm pleitbezorger van Het Nieuwe Werken (HNW), waaronder de mobiele werkplek en flexibiliteit van de werkweek. In het kader van de Week van Het Nieuwe Werken (7 t/m 11 november) heeft de MHP een nota uitgebracht, waarin ook aan de valkuilen aandacht wordt besteed. Deze zullen zich vooral voordoen als HNW alleen is ingegeven door bezuinigingen door werkgevers.

De MHP is nog steeds voorstander van een bredere introductie van HNW, omdat het meer mogelijkheden biedt voor werknemers om werk en privé beter te combineren. Auteur en MHP-beleidsmedewerker Joost Lubbers: “In de afgelopen jaren hebben wij naast de vele positieve verhalen over HNW, ook gevallen gehoord, waarbij te weinig is gekeken naar de belangen van de individuele werknemers.” In de nota wordt daarom niet alleen aandacht besteed aan de potentiële voordelen, maar ook de mogelijke valkuilen. Hieraan zijn tips voor cao-onderhandelaars en ondernemingsraadleden gekoppeld, waarop gelet kan worden bij afspraken met werkgevers. In de nota worden verder ook antwoorden gegeven op veel gestelde vragen, die in de praktijk leven bij het toepassen van HNW. Zo komen arbeidsrechtelijke aspecten en fiscale regelingen aan de orde.

Al sinds de jaren negentig zijn voor de MHP belangrijke uitgangspunten de vrijwilligheid voor een individuele werknemer en het niet continu telewerken. “Die uitgangspunten staan nog steeds als een huis”, aldus Lubbers.
De nota is te downloaden via www.vakcentralemhp.nl

 

 

Aanpassing griffierechten onvoldoende

Naar aanleiding van de kritiek van de MHP, de andere vakcentrales en organisaties als de Nederlandse Orde van Advocaten heeft het kabinet de plannen om de griffierechten met ingang van 1 januari a.s. fors te verhogen, iets bijgesteld. Met name het griffierecht in bestuurszaken (procedures tegen de overheid over bijvoorbeeld uitkeringen) is verlaagd van € 500,- naar € 250,-. In het op 7 november 2011 bij de Tweede Kamer ingediende wetsvoorstel zijn veel van de eerder genoemde tarieven echter niet aangepast, zodat de stijging van de griffierechten over de hele linie nog steeds fors is. “Vooral de middengroepen en de wat hogere inkomenscategorieën moeten als zij zelf een procedure willen starten over bijvoorbeeld een loonvordering of een schadeloosstelling wegens kennelijk onredelijk ontslag, diep in de buidel tasten”, aldus MHP-beleidsadviseur Martijn de Heer.

Schommelde voorheen het griffierecht in arbeidszaken als eisende partij tussen de € 70,- en € 210,-, volgens het nieuwe wetsvoorstel gaat het ‘instaptarief’ voor zaken met een belang van meer dan € 5000,- naar € 500,-. In hoger beroep kan dit oplopen tot boven de € 1.500,-.

 

 

Governance pensioenfondsen

Op 31 oktober jl. heeft minister Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) een brief aan de Tweede Kamer gezonden, waarin hij aangeeft een wetsvoorstel over de governance van pensioenfondsen voor advies naar de Raad van State (RvS) te hebben gestuurd. Volgens Kamp zal de deskundigheid verder moeten worden versterkt, omdat pensioenfondsbestuurders in een steeds complexere omgeving hun werk moeten doen. Hij wil bovendien een grotere betrokkenheid van premiebetalers en gepensioneerden. Het wetsvoorstel dat Kamp aan de RvS heeft verstuurd, betreft een aangepast wetsvoorstel dat deze zomer voor consultatie aan de pensioensector was voorgelegd (zie MHP-bulletin 22). De tekst van het wetsvoorstel wordt pas openbaar, wanneer dit met commentaar van de RvS naar de Tweede Kamer wordt gestuurd.

In het aangepaste wetsvoorstel ‘Versterking bestuur pensioenfondsen’ zijn er drie grote veranderingen doorgevoerd ten opzichte van het eerdere voorontwerp van wet. Inmiddels resulteren er geen drie, maar twee bestuursmodellen, waaruit de pensioenfondsbesturen kunnen kiezen. Het gemengde bestuursmodel (one tier model) is komen te vervallen. Hiervoor in de plaats kunnen aan het bestaande paritaire bestuursmodel, waarin werkgevers, werknemers en pensioengerechtigden zijn vertegenwoordigd, nu ook (maximaal twee) externe deskundigen worden toegevoegd. Het tweede model is nieuw en houdt in dat een pensioenbestuur volledig bestaat uit externe deskundigen. Dit bestuur wordt vervolgens gecontroleerd door een belanghebbendenorgaan, bestaande uit werkgevers, werknemers en pensioengerechtigden. Verder krijgen gepensioneerden een vaste plek in het bestuur ten koste van de zetels van de werknemers. Er komen hierdoor minder werknemers- dan werkgeversvertegenwoordigers in het bestuur. Volgens het wetsvoorstel moeten pensioenfondsen in hun jaarverslag ook rapporteren over de wijze, waarop zij in hun beleggingsbeleid rekening houden met milieu en klimaat, mensenrechten en sociale verhoudingen.

De MHP zal nog met een nadere reactie komen, zodra het wetsvoorstel openbaar wordt gemaakt. In ieder geval constateert de MHP dat het wetsvoorstel minder verstrekkend is dan het eerdere initiatiefwetsvoorstel van de Tweede Kamerleden Koser Kaya en Blok. In hun voorstel zouden werknemers zelfs minder bestuurszetels kunnen bezetten dan de gepensioneerden. De MHP maakt nu al wel een kanttekening bij het model, waar het bestuur alleen nog maar bestaat uit deskundigen. Vraag is vooral wat de deskundigheidseisen moeten zijn en in hoeverre geborgd kan worden dat zij in het belang van alle betrokkenen handelen en de aansluiting met de cao-tafel bewaken.

 

 

Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving

Op 28 oktober jl. heeft het kabinet aangekondigd om de handhaving en het sanctiebeleid rondom sociale zekerheidswetgeving verder aan te scherpen. Hierbij staat de fraude met uitkeringen, kinderopvangtoeslag en het niet naleven van arbeidswetgeving centraal. De wetgeving geldt niet alleen voor burgers, maar ook voor bedrijven. Over het geheel genomen komt het wetsvoorstel vooral neer op het opleggen van hogere boetes en strafverzwaring bij recidive, de mogelijkheid om bij een tweede of derde overtreding preventief een dwangsom op te leggen of de werkzaamheden bij bedrijven stil te leggen. Wanneer en op welke wijze deze mogelijkheden worden toegepast, wordt opgenomen in lagere regelgeving (algemene maatregel van bestuur of beleidsregel). De invulling van deze lagere regelgeving moet nog plaatsvinden. Op 1 juli 2012 moet de wetgeving uiteindelijk gereed zijn.

Volgens MHP-beleidsmedewerker Joost Lubbers is het bestrijden van misbruik en fraude een goede zaak: “Misbruik gaat uiteindelijk altijd ten koste van mensen, die volledig zijn aangewezen op een sociaal vangnet. Fraude moet te allen tijde ontmoedigd worden zodat mensen niet in de verleiding te komen.” De MHP plaatst verder nog een aantal kanttekeningen bij het wetsvoorstel. Zo is het van belang dat de boete of straf in relatie blijft staan met de mate van verwijtbaarheid. Een kleine snelheidsovertreding wordt immers ook niet met een gevangenisstraf bestraft omdat dit niet met elkaar in verhouding staat. Verder blijft de MHP er moeite mee houden dat tegelijkertijd het aantal controleurs en inspecteurs wordt gereduceerd, waardoor de pakkans wordt verkleind. Hierdoor worden misbruik en fraude juist weer aangemoedigd.

 

Banken doen moeilijk over spaarloonregeling

Zoals eerder aangegeven, is het voor werknemers lucratief om nog vóór 31 december 2011 een spaarloonregeling te openen, als ze verder geen plannen hebben om fiscaal vriendelijk te sparen via de werkgever. Als er nog geen gebruik wordt gemaakt van de levensloop- of spaarloonregeling, kan men nog € 613,- van het brutoloon vóór 31 december 2011 storten. Vervolgens kan hetzelfde bedrag na 1 januari a.s. meteen weer van de spaarloonrekening worden gehaald, zonder dat hierover belasting wordt betaald. Dit is een eenmalige mogelijkheid, omdat de spaarloonregeling wordt afgeschaft.

In de praktijk blijkt dit gemakkelijker gezegd dan gedaan. Banken lijken de boot af te houden en ook zijn er regelingen via de werkgever met banken afgesproken, die de voorwaarde stellen dat de werknemer op 1 januari van enig jaar moet aangeven wel of niet mee te doen aan de spaarloonregeling.

“De contracten tussen werkgevers en de banken zijn nog moeilijk open te breken, maar de voorwaarde dat men uiterlijk vóór 31 december een rekening geopend moet hebben, getuigt niet van een dienstverlenende instelling”, aldus MHP-bestuurder Eddy Haket. “Als het niet op de één of andere manier is vastgelegd in een overeenkomst van de bank met de werkgever, moet een werknemer gewoon een spaarloonrekening kunnen openen tot en met
31 december a.s. bij de bank, waar de werkgever de overeenkomst is aangegaan voor zijn personeel.”

 

Mijnpensioenoverzicht.nl geeft nu ook inzicht in nettobedragen

Via de site www.mijnpensioenoverzicht.nl kan iedereen inzicht krijgen in de eigen pensioensituatie. Op deze site moet worden ingelogd met de DigiD (digitale identiteitscode). Er wordt inzicht verschaft in de opbouw van de AOW en het aanvullend pensioen en bij welke pensioenuitvoerder (pensioenfonds of verzekeraar) dit is opgebouwd, indien er niets verandert in de omstandigheden zoals de privé- of werksituatie.

Mijnpensioenoverzicht.nl is op 3 november jl. uitgebreid met een bruto/netto-overzicht. Hierdoor kunnen mensen nu ook zien wat zij straks netto aan AOW (eerste pijler) en aanvullend pensioen (tweede pijler) overhouden. Deze berekeningen zijn gedaan op grond van de nu vigerende fiscale wet- en regelgeving. Tot op heden was de stand van AOW en pensioen alleen in brutobedragen zichtbaar. De site is vanaf 1 januari 2011 van start gegaan en sindsdien hebben al meer dan 2,7 miljoen mensen de site bezocht.
De MHP vindt het een goede ontwikkeling dat nu ook inzicht wordt gegeven in nettobedragen, wat de transparantie ten goede komt. “Het zou mooi zijn als de site in de toekomst ook informatie gaat geven over derde pijler producten (spaarproducten die mensen individueel afsluiten om extra pensioen op te bouwen), om het beeld helemaal compleet te maken”, aldus MHP-beleidsmedewerkster Klaartje de Boer.

 

MHP in SER-magazine over ‘Jong en oud’

Maandelijks brengt de Sociaal Economische Raad (SER) een magazine uit. Het november-nummer van dit magazine bevat een interview met MHP-duovoorzitter Reginald Visser en MHP-beleidsmedewerker Klaartje de Boer. Het interview vormt het vierde deel van de serie ‘Jong versus oud’ over de overeenkomsten en verschillen tussen de verschillende generaties en hoe jong en oud elkaar inspireren.
In het interview wordt stilgestaan bij het feit dat het steeds moeilijker wordt om jonge, hoger opgeleide jongeren te organiseren rond algemene vakbondsprincipes. Hoewel de MHP geen aparte jongerenorganisatie kent, houdt zij wel degelijk voeling met de jongere generatie. Zo was het volgens Visser bijvoorbeeld een bewuste keuze om het bureau van de MHP te verjongen.

“Achter het loonstrookje zit vaak een taai proces van onderhandelingen. Vooral jongeren kijken zo ver niet. We moeten voor hen zichtbaarder maken wat ons werk concreet oplevert”, aldus De Boer. Maar in deze tijd, waarin zekerheden rond werk en arbeidsvoorwaarden op de tocht staan, geldt dat eigenlijk voor alle generaties. De MHP ziet namelijk met lede ogen aan dat de politiek zich steeds meer beweegt op het domein van sociale partners en met haar bezuinigingen telkens weer de middengroepen dupeert. Door onder meer de duurdere studiefinanciering en de hogere kinderopvangkosten gaat vooral de MHP-doelgroep er in koopkracht op achteruit. “Het is dan ook van groot belang dat instituties als de MHP beschikbaar blijven, ook voor jongere generaties”, aldus Visser.

In het interview wordt verder ingegaan op het belang van het (blijven) investeren in een kenniseconomie, de balans tussen werk en privé en de voorgenomen bezuinigingen in de ambtenarij. Het volledige interview kunt u hier teruglezen.

 

Erratum schema levensloopregeling en spaarloonregeling

In het vorige MHP-bulletin (11.24 van 24 oktober 2011) is per abuis een foute datum opgenomen in het schema over de levensloop- en de spaarloonregeling. Er staat vermeld dat mensen die meer dan € 20.000,- fiscaal vriendelijk willen sparen, het beste ervoor kunnen zorgen om voor 31 december 2012 minimaal € 3.000,- op de levenslooprekening te hebben staan. Dit moet echter 31 december 2011 zijn.

Laatste nieuws

Hoe staat het met de leercultuur in uw organisatie?

24 juli 2024

Hoe staat het met de leercultuur in uw organisatie?

VCP: bezuiniging 22% op ambtenaren niet realistisch, onverantwoord en ondoordacht

23 juli 2024

VCP: bezuiniging 22% op ambtenaren niet realistisch, onverantwoord en ondoordacht

Logo VCP YP

11 juli 2024

VCP YP: Uitnodiging bijeenkomst Prinsjesdag

Meer nieuws